Vitamine D-status bij Vlaamse kinderen

Vitamine D-status bij Vlaamse kinderen

Dit artikel beschrijft de vitamine D-status van Vlaamse kinderen en geeft aan welke determinanten een belangrijke invloed hebben op de status van dit vitamine. De resultaten zijn bekomen op basis van bloedstalen afgenomen tussen februari en juni 2010 bij 357 Vlaamse kinderen tussen 4 en 11 jaar oud, waarin 25-hydroxyvitamine D werd gemeten als indicator voor de vitamine D-status. Een vitamine D-status lager dan 25nmol/l werd beschouwd als deficiënt, tussen 25 en 50nmol/l als insufficiënt, tussen 50 en 75nmol/l als sufficiënt en hoger of gelijk aan 75nmol/l als optimaal. Op basis van de resultaten van de bloedanalyses werd een gemiddelde gevonden van 47,2 ± 14,6nmol vitamine D per liter serum, met een range van 13,6 tot 123,5nmol/l. Vitamine D-deficiëntie werd vastgesteld bij 5 procent van de kinderen, bij 53 procent was de status insufficiënt, bij 40 procent sufficiënt en slechts bij 2 procent was de status optimaal. De maand waarin het bloedstaal werd afgenomen gecombineerd met het aantal uur dat de kinderen buiten spelen, bleek een belangrijke invloed te hebben op de vitamine D-status, met een positieve gradiënt van februari tot juni, door het toenemend aantal uren met blootstelling aan zonneschijn. In noordelijke landen, zoals België, heeft de uv-straling tussen eind oktober en eind maart immers niet de juiste golflengte om synthese van vitamine D door de huid mogelijk te maken. Daarnaast bleek uit deze studie ook dat de lichaamssamenstelling van kinderen in belangrijke mate hun vitamine D-status bepaalt: een hoger gewicht, grotere buikomtrek en/of huidplooidiktes hadden een negatieve invloed op de vitamine D-status bij de kinderen.   Published ahead of print.

Laatste reacties

Toekomstige evenementen