Sporten wordt vaak geassocieerd met positieve gezondheidseffecten, maar publieke getuigenissen en wetenschappelijk onderzoek uit binnen- en buitenland brachten helaas het probleem van grensoverschrijdend gedrag in sportorganisaties in beeld.
Een Europese studie (1) onder 10.000 jongvolwassenen uit zes landen onthulde schokkende cijfers: bijna 7 op 10 sporters ervaart grensoverschrijdend gedrag in de sport. De ervaringen variëren van beledigingen, vernederingen, bedreigingen, ongepaste seksuele aanrakingen, fysiek geweld tot zwaar seksueel geweld. Wanneer we inzoomen op de bijna 3.000 Belgische deelnemers in een recente Europese studie, zien we dat psychisch grensoverschrijdend gedrag gerapporteerd werd door 59% van de Vlaamse en 68% van de sporters uit Franstalig België, fysiek grensoverschrijdend gedrag door 51% van de Vlaamse en 52% van de Franstalige deelnemers, en contact seksueel geweld door 20% van de Vlaamse en 25% van de Franstalige sporters. Grensoverschrijdend gedrag wordt niet enkel door coaches en andere autoriteitsfiguren gesteld, maar gebeurt ook vaak tussen jonge sporters onderling.
Het ervaren van grensoverschrijdend gedrag wordt gelinkt aan ernstige gezondheidsklachten op korte en lange termijn, een lagere levenskwaliteit. Binnen de sportcontext worden deze ervaringen gelinkt aan verminderde motivatie, prestaties en verhoogde drop-out. Erover praten blijft beladen met taboes, schuldgevoelens en schaamte, wat het signaleren en stoppen van grensoverschrijdend gedrag bemoeilijkt. Het is niet haalbaar, noch wenselijk, om de volledige verantwoordelijkheid voor het melden en stoppen van dergelijk gedrag bij jonge sporters zelf te leggen. Daarom spelen omstanders een cruciale rol bij het tijdig herkennen, signaleren en stopzetten van ongepast gedrag. Iedereen kan een omstander zijn: medesporters, coaches, ouders, sportpsychologen, artsen, kinesisten, bestuursleden, supporters etc. Getuigenissen tonen echter aan dat omstanders zich vaak niet verantwoordelijk voelen om in te grijpen of niet weten hoe te handelen, waardoor het misbruik kan voortduren en in ernst toeneemt.
Medische professionals, zoals sportartsen en huisartsen, staan in voor het waarborgen van de gezondheid van sporters. Daar waar ze traditioneel vooral ingezet worden in de preventie en behandeling van blessures en gezondheidsklachten, is ook het detecteren van signalen of symptomen van grensoverschrijdend gedrag noodzakelijk. Gezien hun vertrouwelijke relatie met sporters bevinden medische professionals zich in een unieke positie om signalen op te vangen en hierop adequaat te reageren. Voorbereid zijn om onthullingen te ontvangen, omgaan met vermoedens van grensoverschrijdend gedrag, bekend zijn met de meld- en hulpverleningskanalen en eerste opvang en zorg kunnen bieden aan slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag zijn basisvereisten voor elke professional (2). Een gepaste respons bij situaties van grensoverschrijdend gedrag heeft daarnaast ook een preventief effect. Sporters voelen zich gesteund en geloofd, en plegers van grensoverschrijdend gedrag zien de nultolerantie gehandhaafd.
Internationaal erkende ‘safeguarding’ protocollen en tools, zoals die uitgedragen door de Raad van Europa (3) en het Internationaal Olympisch Comité (4) bieden richtlijnen en er zijn bij het Centrum Ethiek in de Sport enkele kant-en-klare bijscholingen en educatieve tools* ter beschikking. Duik er eens in, en draag zo ook een steentje bij aan een veilig sportklimaat in ons land.
* Safe Sport Allies (www.safesportallies.eu) is een evidence-based omstanderstraining voor sporters, trainers, ouders en een beleidstraject voor clubbestuurders. Het programma werd ontwikkeld in samenspraak met sportclubleden en slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag. De aangeboden workshops, discussiekaarten, brochures en zelfscan blijken effectief te zijn in het vergroten van de kennis over grensoverschrijdend gedrag, het verhogen van de waakzaamheid en het aanreiken van handvaten om in te grijpen en te melden.