Het coronavirus is al opgespoord in Vlaanderen en Wallonië. Sciensano zal op basis daarvan een nieuw wereldwijd bewakingsproject opstarten. Dat moet helpen om een forse toename van de besmetting in een geografisch gebied op te sporen.
Frankrijk, Zwitserland, Italië, Nederland, de Verenigde Staten en Australië volgen het covid-19-virus al in het afvalwater dat door hun burgers wordt geloosd voordat het in de riolering terechtkomt.
En in België? Op dit moment is er geen federaal programma om te testen op het virus in ons afvalwater, maar bestaan er alleen regionale initiatieven. Sciensano meldt echter exclusief dat een federaal project om het virus te monitoren de komende dagen van start moet gaan.
"Er bestaan al verschillende initiatieven om de concentratie van het virus in bepaalde waterzuiveringsinstallaties in Vlaanderen en Wallonië te monitoren, maar dan door andere actoren dan Sciensano", zegt woordvoerder Lydie Denis. "De aanwezigheid van SARS-CoV-2 in het afvalwater is niet (meer) bewijsbaar. Geïnfecteerde mensen scheiden het virus uit in hun uitwerpselen en die raken dan in het riool. Er moet echter worden opgemerkt dat het coronavirus niet stabiel is en relatief snel wordt afgebroken in vergelijking met andere virussen, waardoor het zijn besmettelijkheid verliest.
Een waardevolle, snelle en goedkope indicator
In het Waalse Gewest voert de Société publique de gestion des eaux (SPGE) momenteel een reeks tests uit om de aanwezigheid en de toxiciteit van het virus in het afvalwater te controleren. Er zijn 25 monsters genomen bij de in- en uitgang van de zuiveringsinstallaties, maar ook bij de lozingen van ziekenhuizen, WZC's en het algemene netwerk. Het doel is om te bepalen of sporen van covid-19 al dan niet besmettelijk zijn in het afvalwater. De resultaten zijn nog niet bekend.
Er zijn echter sporen van ribonucleïnezuur (RNA) van het coronavirus gevonden in het afvalwater in heel Vlaanderen, volgens een reeks stalen genomen door Aquafin.
De stalen werden genomen in Lo-Reninge, Poperinge, Langemark, Wulpen, Genk, Leuven, Tienen, Aartselaar en Gent. Allemaal positief getest op coronavirus. De eerste analyse liep eind maart, "maar toen waren de eerste infecties al een feit. We misten dus de allereerste manifestatie van het virus", legt een wetenschapper van Aquafin uit. Jammer genoeg is de retroactieve opsporing van RNA niet mogelijk, we kunnen het staalspoor van afvalwater niet zolang bewaren."
"Het resultaat zegt helemaal niets over het besmettelijke aspect van het virus, het geeft alleen informatie over de verspreiding ervan", zegt communicatiemedewerker Anja De Wit. Het RNA blijft bestaan nadat het virus zijn besmettelijke lading heeft verloren. Bovendien is er na sanering geen spoor van het virus in het water gevonden.
Deze resultaten liggen in lijn met de verwachtingen en zijn vergelijkbaar met wat er in Nederland is gevonden, waar het virus is aangetroffen in het afvalwater in Tilburg en in de rioolwaterzuiveringsinstallaties.
In Brussel heeft de overheid dit onderzoek uitgesteld omdat er slechts twee afvalwaterzuiveringsinstallaties zijn, wat geen interpreteerbaar resultaat zou geven voor de epidemie.
Afvalwater zou een formidabele indicator kunnen blijken voor de circulatie van het virus in onze bevolking. In Israël heeft de opsporing van het poliovirus in het rioolwater in 2013 geleid tot een heropstart van een vaccinatiecampagne en daarmee tot het voorkomen van verlamming bij kinderen.